Het zal niet het eerste zinnetje zijn dat kinderen leren, maar al snel komt er over hun lippen: ‘dit wil ik’, of: ‘dit wil ik níet’. Met ons denken en willen geven we richting aan ons handelen en leven. Hoe functioneert dit ‘willen’? Traditioneel heeft de wil het zwaar in christelijke kring. Deze zou verdorven, of ten minste verzwakt zijn. Kerkvader-filosoof Augustinus heeft de nadruk op de dubbele wil gelegd: wij willen soms het goede, vaak het kwade. In zijn spoor legde Hannah Arendt, die op Augustinus promoveerde, uit dat willen een bestaansvoorwaarde is voor het leven. In dit artikel staan Joop Berding en Hans Alderliesten stil bij deze denkers en laten we hun relevantie voor vandaag zien.