Bermblik

‘Het is niet te begrijpen dat we onze rotzooi op straat gooien’, zo twitterde een burgemeester. In natuurgebieden wordt regelmatig grof afval aangetroffen, tot drugsafval toe. Zelf trof ik batterijen aan tijdens een wandeling in het bos. En even verderop lagen de restanten van een gezellig avondje. Het lag er niet omdat er geen prullenbakken stonden.

Het viel mij onlangs op dat de bermen langs de rijkswegen bezaaid liggen met blikjes, tasjes, wegwerpflesjes en meer. Met name de middenberm is een eclectisch ratjetoe van kunststof, plastic en papier. Misschien ligt de verklaring in de door de ANWB geconstateerde toegenomen filedruk als gevolg van hoogconjunctuur en toenemend consumentenvertrouwen. Mensen hebben meer te besteden, trekken er meer op uit en hebben dus ook meer afval.

Waarom werpen wij afval op de grond? Als er sprake is van gemakzucht, zou een gemakkelijke oplossing voor de hand kunnen liggen. Het is, denk ik, allereerst nuttig om eens een blik te werpen op de bermoogst. Waar is de berm mee bezaaid? En wat zegt dat over onze cultuur?

Verhaal

Deze vragen fluisterde de Britse psychiater Theodore Dalrymple mij in. Dalrymple is een cultuurcriticus pur sang. In Andermans Rotzooi schrijft hij dat archeologen geïnteresseerd zijn in de vuilstortplaatsen van oude beschavingen. ‘Als je bent wat je eet, dan is de verpakking van wat je eet en hoe je eet een belangrijk onderdeel van wat en wie je bent.’ Kortom, het afval in de berm vertelt iets over hoe en wat wij eten en drinken. De straat is een vertelling, dichtte Guillaume van der Graft, en straatstenen vertellen een verhaal (resp. ‘Crazy’ en ‘In het hart van de stad’). Maar welk verhaal en hoe kom je het op het spoor?

Terug naar de middenberm. Ik reed op een lang stuk op twee rijkswegen – eerst oostwaarts en vervolgens in noordelijke richting en vice versa. Ik heb het afval niet geturfd, mijn bevindingen zijn geenszins representatief, laat staan te verifiëren, alhoewel ik u uitdaag om zelf een blik te werpen op de bermen. Drie waarnemingen wil ik delen.

Ontbijttafel

In de eerste plaats zag ik veel lege pakjes drinkyoghurt – Optimel,Vifit, Yakult en meer. Neem daarbij het papier, waarin boterhammen, croissants en allerhande bolletjes verpakt zaten, en je hebt een compleet ontbijt. Het lijkt er op dat vele forenzen hun ontbijt in de auto nuttigen. Handig, slim en snel – al wordt er langs de rijksweg voor een eenvoudige boterham geen vriendelijke prijs berekend. Het lijkt er sterk op dat de auto is ingewisseld voor de ontbijttafel. De filedruk zal hier geen goed aan doen, het ochtendritueel komt daardoor nog meer onder druk te staan. Of rijden en eten een geschikte combinatie is, kan ik als treinreiziger niet goed beoordelen, wel zie ik de maatschappelijke druk om geconcentreerd achter het stuur plaats te nemen. Een campagne om niet te appen op de fiets is daar het bewijs van. Eten is een belangrijke bezigheid, dat wordt snel onderschat. Even snel een boterham opeten achter het bureau, welke kantoorslaaf doet het niet? Er zijn monastieke tradities, zoals die van Benedictus, die voorschrijven dat je tijdens de maaltijd niet mag spreken. Eten doe je bewust, liefst aan een tafel, met een prullenbak in de buurt, waar je na de maaltijd het afval in kunt deponeren.

Bewustwording

Lege flesjes en blikjes energiedrank vielen me in de tweede plaats op. Evenals sportdrankjes trouwens. De fijnproever zal mij op het verschil tussen beide willen wijzen, de overeenkomst is dat het veelal ongezonde drankjes zijn. Suiker, cafeïne, taurine: vinden we het lekker of hebben we het nodig om wakker of fit te blijven? Begin 2018 riep de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) op tot een verbod voor energiedrank voor kinderen onder de 18 jaar. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de drankjes leiden tot rusteloosheid, moeheid en hartritmestoornissen, aldus de NVK. Als dat voor minderjarigen geldt, waarom zou dat dan niet voor volwassenen gelden? De drankjes hebben een kortstondig oppeppend effect, maar dat weegt niet op tegen de nadelen. Het kan leiden tot hartkloppingen, slapeloosheid en uitdroging. Of ik voor een verbod ben? Ik ben geen fan van een overheid die inwoners voorschrijft wat ze moeten eten en drinken, integendeel, ik geloof in bewustwording en verantwoordelijkheid.

Het meest verontrustende vond ik, in de derde plaats, de enorme hoeveelheid. De vraag van de twitterende burgemeester is ook mijn vraag. Waarom wordt er afval uit het raam gegooid? Het is op zijn minst een keuze. Er gaat een aantal stappen aan vooraf. Eten kan je ook vanuit huis meenemen, al dan niet in een hippe broodtrommel. Afval kan je in de auto laten liggen tot je het in een afvalbak kunt deponeren. Dat is ook nog eens veel veiliger dan het raam openen en iets met een flinke smak uit een rijdende auto werpen.

Sinds 2017 zijn we met meer dan 17 miljoen mensen ‘op dit kleine stukje aarde’. Het wordt drukker en voller in ons land, en dat merken we aan alles. Er zijn veel redenen om tussen meer mensen en meer rommel geen isgelijkteken te plaatsen. Rommel trekt rommel aan. Groeien in de berm juist niet de mooiste bloemen? Een bloemrijke berm stemt mij in elk geval veel vrolijker. Laten we proberen in het nieuwe jaar de bermen een beetje mooier te maken.

Gepubliceerd in het Friesch Dagblad, 14 januari 2019
Afbeelding: ANP (Friesch Dagblad, 14 januari 2019)